Onderdelen nummeren op ontwerpgroep

Tekla Structures
2020
Tekla Structures

Onderdelen nummeren op ontwerpgroep

U kunt onderdelen op ontwerpgroepen nummeren zodat u de onderdelen in tekeningen en lijsten uit elkaar kunt houden. Nummers van ontwerpgroepen kunnen in engineeringdocumenten of als voorlopige nummers worden gebruikt.

Nummers van ontwerpgroepen bestaan uit een prefix, een scheidingsteken en een cijfer of een letter.

Gebruik de applicatie Groepsnummering instellen om prefixen en nummers of letters op basis van ontwerpgroepen aan onderdelen toe te wijzen. De applicatie Groepsnummering instellen groepeert onderdelen die met een selectiefilter overeenkomen in een ontwerpgroep, nummert ze en vergelijkt eventueel de onderdeellengten. De applicatie vergelijkt ook de gebruikersattributen van onderdelen die zijn ingesteld om de nummering te beïnvloeden.

Opmerking:

De applicatie Groepsnummering instellen nummert alleen onderdelen die een profiel hebben dat wordt geëxtrudeerd om de lengte van het onderdeel te maken, zoals liggers, kolommen, panelen en fundering. Willekeurige platen, platen of items worden niet genummerd.

Voordat u begint:

  • Maak de benodigde selectiefilters die de ontwerpgroepen definiëren.
  • Als u bepaalde letters bij het nummeren van de ontwerpgroep wilt gebruiken, kunt u de toegestane letters met de variabele XS_​VALID_​CHARS_​FOR_​ASSEMBLY_​POSITION_​NUMBERS weergeven. De letters A t/m Z zijn standaard toegestaan.
  • In multi-user of Tekla Model Sharing-modellen, moet u ervoor zorgen dat slechts één van de gebruikers de applicatie Groepsnummering instellen uitvoert.

U nummert onderdelen als volgt op hun ontwerpgroep:

  1. In het model Klik op de knop Applicaties en componenten in het zijvenster om de database Applicaties en componenten te openen.
  2. Klik op de pijl naast Applicaties om de lijst met applicaties te openen.
  3. Dubbelklik op Groepsnummering instellen om de applicatie te starten.
  4. In het dialoogvenster Groepsnummering instellen doet u het volgende:
    1. Klik op Groep toevoegen om nummeringsinstellingen voor ontwerpgroepen te maken voor onderdelen die met een selectiefilter overeenkomen.
      • Selecteer het filter in de kolom Groepsfilter.

        De selectiefilters worden uit bepaalde mappen in de standaard zoekvolgorde voor mappen gelezen.

      • Voer de prefix en het startnummer of de startletter van de ontwerpgroep in die u voor de onderdelen in deze groep wilt gebruiken.
      • In de kolom Lengte vergelijken definieert u of de onderdeellengten wel of niet worden vergeleken.
    2. Herhaal stap 4a voor alle onderdeelgroepen die u op ontwerpgroep wilt nummeren.
    3. Wijzig indien nodig de volgorde van de groepen met de knoppen Omhoog verplaatsen en Omlaag verplaatsen.

      Als een onderdeel tot verschillende groepen behoort, overschrijft het laatste groepsfilter in de lijst de vorige.

    4. Als u onderdeellengten wilt vergelijken, definieert u de lengtetolerantie.

      Als u bijvoorbeeld 0 invoert, moeten onderdelen exact hetzelfde in lengte zijn om hetzelfde ontwerpgroepnummer (of -letter) te krijgen. Als u 2 invoert, kunnen onderdeellengten 2 mm van elkaar verschillen.

      De standaardtolerantie is 0,05 mm.

    5. Voer een nummerscheidingsteken in waarmee ontwerpgroepprefix en -nummer of -letter in tekeninglabels en lijsten wordt gescheiden. Voer bijvoorbeeld - in.

      We raden u aan het scheidingsteken tijdens het project niet te wijzigen.

    6. Als u oude, onnodige nummers of letter opnieuw wilt gebruiken, schakelt u het selectievakje Hergebruik oude nummers in.
    7. Selecteer in Nummer met letters of u letters wel of niet wilt gebruiken.
    8. Selecteer in Hernummer alles of alle onderdelen wel of niet moeten worden hernummerd.
    9. Als u de onderdelen op ontwerpgroep wilt nummeren, klikt u op Start nummeren.

      Een ontwerpgroepnummer wordt opgeslagen als de gebruikersattribuut DESIGN_GROUP_MARK van elk onderdeel.

      Het gebruikersattribuut DESIGN_GROUP_MARK is standaard beschikbaar in het bestand objects.inp in de configuratie Engineering en de US-omgevingen.

    10. Selecteer of u een lijst met alle of de geselecteerde onderdelen wilt maken en klik vervolgens op Lijst maken om een lijst te maken die de nummeringsresultaten weergeeft.

      Tekla Structures geeft de lijst in het dialoogvenster Lijst weer en slaat de lijst ook op. De lijst wordt als dgnReport.txt opgeslagen in de map die door de variabele XS_​REPORT_​OUTPUT_​DIRECTORY wordt gedefinieerd. In de standaardomgeving wordt de lijst in de map \Reports onder de huidige modelmap opgeslagen.

      Als u een regel in het dialoogvenster Lijst selecteert, markeert en selecteert Tekla Structures het corresponderende onderdeel in het model.

      Als de nummering van een onderdeel niet up-to-date is, hetgeen betekent dat het onderdeel na het nummeren is gewijzigd, wordt er achter het ontwerpgroepnummer een vraagteken (?) toegevoegd.

  5. U kunt de ontwerpgroepnummers in tekeninglabels of in lijsten weergeven door het gebruikersattribuut DESIGN_GROUP_MARK te gebruiken.
Was dit nuttig?
Vorige
Volgende