In onderstaand diagram en de gedetailleerde stappen wordt het proces van boutlengteberekening uitgelegd.
In Tekla Structures wordt de zo minimaal mogelijke lengte van de bout als volgt berekend:
ring (1) dikte (als het selectievakje is ingeschakeld) +
materiaaldikte +
ring (2) dikte (als het selectievakje is ingeschakeld) +
ring (3) dikte (als het selectievakje is ingeschakeld) +
moer (1) dikte +
moer (2) dikte +
extra lengte
In Tekla Structures wordt gezocht naar de beste overeenkomst in de boutendatabase.
Tekla Structures berekent het aantal benodigde passende ringen (mag niet meer zijn dan 10) zodat de schroefdraad kleiner is dan :
moer (1) dikte +
materiaaldikte +
moer (2) dikte +
ring (1) dikte +
ring (2) dikte +
(aantal ringen*ring (3) dikte)
In Tekla Structures wordt gecontroleerd of de bout die in stap 2 is gevonden, langer is dan :
extra lengte +
moer (1) dikte +
materiaaldikte +
moer (2) dikte +
toevoeglengte (vanaf de boutendatabase) +
ring (1) dikte +
ring (2) dikte +
(aantal passende ringen * ring (3) dikte)
Als de geselecteerde bout niet voldoet aan de criteria in stap 4, keert Tekla Structures terug naar stap 2. Anders wordt stap 6 verder uitgevoerd.
Tekla Structures controleert of de geselecteerde bout aan alle volgende voorwaarden voldoet:
Kan de draad binnen het materiaal worden aangesloten? Zelfs als dit niet is toegestaan, is bij de berekening altijd 3 of 4 mm draad binnen het materiaal mogelijk, afhankelijk van de boutdiameter. Als de boutdiameter ≥ 24 mm bedraagt, is 4 mm mogelijk. Anders is 3 mm mogelijk.
Schroefdraad moet meer zijn dan:
materiaaldikte +
extra lengte +
dikte ring (1) (indien aangevinkt) -
maximaal toegestane draad in materiaal (als draad in materiaal = nee) = 3 mm of 4 mm
De schroefdraadlengte wordt berekend als:
Schroeflengte - schroefdraadlengte - draadeinde.
De draadeinde is het onderdeel van de bout tussen de schacht en de draad. Het wordt als volgt berekend:
Als de geselecteerde bout niet aan alle bovenstaande voorwaarden voldoet, keert Tekla Structures terug naar stap 2 en wordt de volgende langste bout geprobeerd.
Als de variabele XS_BOLT_LENGTH_EPSILON is ingesteld, wordt de epsilondikte opgeteld bij of afgetrokken van de materiaaldikte om onnauwkeurige berekening van de boutlengte te voorkomen.
Als er bijvoorbeeld geen rekening wordt gehouden met deze waarde terwijl de berekende lengte 38,001 mm is, kan een bout van 39 mm worden geselecteerd.