Alle tekeningaanzichten kunnen aanzichtlabels hebben die tekst en symbolen kunnen bevatten. U kunt de inhoud van de hoofdaanzichtlabels en doorsnedelabels instellen voordat u de tekening maakt. U kunt deze ook aanpassen nadat u de tekening hebt gemaakt.
- Klik op het tabblad Tekeningen & Lijsten op Tekeningeigenschappen en selecteer het tekeningtype.
- Laad tekeningeigenschappen die zo dicht mogelijk aansluiten op degene die u nodig hebt.
- Afhankelijk van het tekeningtype kunt u het volgende doen:
Onderdeel-, merk- en betontekeningen:
- Klik in de optiestructuur aan de linkerzijde op Maken aanzicht , selecteer het aanzicht en de eigenschappen die u wilt wijzigen en klik op Aanzichteigenschappen.
- Klik op Attributen en ga naar het tabblad Label.
Overzichttekeningen:
- Klik op Aanzicht...
- Ga naar het tabblad Label.
- Klik op de knop ... naast A1 - A5 om het dialoogvenster Labelinhoud te openen.
De afbeelding in het dialoogvenster met aanzichteigenschappen is de enige manier om de labeltekst te positioneren. Als u de positionering wijzigt, verandert de afbeelding in het dialoogvenster niet.
- Selecteer op het tabblad Inhoud de elementen die u in het aanzichtlabel wilt opnemen.
- Selecteer indien nodig een element in de lijst, klik op < Kader toevoegen en selecteer het Type en de Kleur voor het kader.
- Selecteer indien nodig een element in de lijst en selecteer de tekst Kleur , Lettertype en Hoogte.
- Ga naar het tabblad Positie en stel de tekstpositie, de horizontale en verticale offset, en de tekstuitlijning in.
De tekstpositie is afhankelijk van of u een symbool gebruikt.
- Klik op OK.
- Selecteer het aanzichtlabel Symbool dat u in het label wilt gebruiken.
U kunt alleen een label gebruiken of er een symbool aan toevoegen. U kunt ook de kleur, de grootte, de lijnlengte en de positie van het aanzichtlabel instellen.
- Selecteer de positie Verticaal en Horizontaal voor het aanzichtlabel.
- Als u de wijzigingen wilt op slaan, klikt u op Opslaan.
- Onderdeel-, merk- en betontekeningen: Klik op Sluiten.
Overzichttekeningen: Klik op OK.
- Klik op Opslaan om de tekeningeigenschappen op te slaan, klik vervolgens op OK en maak de tekening.
Hieronder ziet u voorbeelden van aanzichtlabels:
Sleep het aanzichtlabel naar de gewenste pagina in een geopende tekening.
Indien nodig, wordt de grootte van het aanzichtkader automatisch aangepast.
Doorsnede-eigenschappen voor alle aanzichten in een tekening definiëren
Als u dezelfde doorsnede-eigenschappen zoals startnummer of -letter, snijlijn, inhoud en tekstpositie in al uw doorsneden wilt gebruiken, kunt u dat op tekeningniveau doen. Raadpleeg voor meer informatie Automatische doorsnede-eigenschappen definiëren.